De WHO en de achteruitgang van onze gezondheid

In juli 1982 riep de Wereld Gezondheidsorganisatie, de WHO, zijn deskundigen op.

De bewijzen van de afgelopen twintig jaar over de relatie tussen hartaandoeningen en de consumptie van verzadigde vetten en cholesterol moesten opnieuw bekeken worden.

Het bewijsmateriaal waar de WHO deskundigen mee kwamen, was erg simplistisch.

Het was niet meer dan een verklaring over het verband tussen coronaire hartaandoeningen en hoge triglyceride bloedwaarden (die verzadigde vetten bevatten) en cholesterol.

Op basis van deze verklaring veronderstelde de WHO, dat hartaandoeningen veroorzaakt werden door de hoge percentages verzadigde vetten en cholesterol in het dieet.

Bij de onderzoeken werd geen gebruik gemaakt van de basis biochemie van zoogdieren.

De biochemie van koolhydraten, vetten en cholesterol die elke medische student leert (of in ieder geval tot zijn beschikking heeft in de boeken) werd totaal genegeerd, alsof het niets te maken had met de zaak in kwestie.

Deze houding werd de modus operandi in het debat en dat is het nog steeds.

De WHO experts kwamen zonder wetenschappelijke basis tot de conclusie, dat de consumptie van vlees, melkproducten en eieren een soort ter dood veroordeling was - of misschien een doodswens van de kant van de consument.

Ze hadden zichzelf er van overtuigd dat de gezonde voedingsmiddelen van de jaren 1930 – eieren, vlees en melkproducten – zeer gevaarlijk waren en de duidelijke en voor de hand liggende oorzaak van coronaire hartaandoeningen.

Deze feiten werden gepubliceerd in rapport nr. 678 van de WHO technische rapporten. 5

Het is een oproep tot een drastische vermindering van de consumptie van vlees, melk en eieren, omdat daardoor coronaire hartaandoeningen voorkomen konden worden.

De publicatie verscheen vier maanden voor de bekendmaking van een onderzoeksresultaat, waaruit bleek dat minder vet het risico op hartziekte niet verlaagde.

De schrijvers van het WHO rapport kenden de resultaten van deze testen voor ze hun eigen rapport opmaakten. Ze werden genegeerd. De WHO publiceerde zijn eigen verslag.

Het onderzoek, bekend als MRFIT (Multiple Risk Factor Intervention Trial) was in de VS gedaan om te bewijzen, dat de kans op hartaandoeningen zou verminderen door minder vet te gebruiken in de voeding. (6)

Er deden 12.000 mannen aan mee en het was een van de grootste medische testen in de VS. Het onderzoek duurde tien jaar en kostte 115 miljoen dollar.

6.000 mensen werden aangemoedigd om hun dieet te veranderen en te stopen met roken. De andere 6.000 mannen – de controlegroep – hoefden niets op te geven of te veranderen.

De resultaten lieten zien, dat de mannen op het vetarme diet net zo veel hartaandoeningen kregen als de mannen in de controlegroep, die zo veel vet mochten eten als ze wilden.

In 1983, zes maanden later, kwamen dezelfde resultaten naar buiten in een soortgelijk experiment dat beschreven werd in het European Heart Journal (no 4 van 1983, pp 141-7).

Deze keer namen 40.000 mannen deel - uit vijf verschillende Europese landen. 7

Deze testen rechtvaardigen en bevestigen de mening van veel prominente artsen en weten- schappers, dat de consumptie van vet geen typische oorzaak is van hartaandoeningen. 2