Materialen en methodes
Tien honden in het bezit van cliënten die zelf gemaakte BARFvoeding kregen en 10 honden in het bezit van cliënten die diverse brokken kregen, deden mee aan de studie. De cliënten waren op de hoogte van het doel van de studie voordat ze monsters gingen inzamelen.
Criteria voor deelname was dat de honden ouder dan 1 jaar moesten zijn en over een algemene, goede lichamelijke conditie moesten beschikken en dat ze geen antibiotica kuur gehad hadden in de voorafgaande twee maanden.
Voordat het monster ingezameld werd, kregen de dieren minstens twee maanden hun gebruikelijke voeding, BARF of commercieel. Het monster van de voeding ter grootte van een maaltijd en een vers ontlastingmonster werd door de eigenaar ingezameld.
De monsters werden onmiddellijk aan het onderzoekshoofd gegeven, die ze doorstuurde naar het Provincial Laboratory of Public Health in zuid Alberta, waar ze gekweekt werden op Salmonella. Het specifieke salmonella bloedtype van elke Salmonella die geïsoleerd werd, werd serologisch geïdentificeerd.
Dit laboratorium wordt altijd gebruikt om te achterhalen of er pathogenen in voedsel aanwezig zijn door de Calagary Regional Health Authority en heeft veel ervaring bij het kweken en identificeren van Salmonella uit voedsel en ontlastingmonsters.
De gegevens werden geanalyseerd met een commercieel software programma (SAS System voor Windows, Release 8.0; SAS Institute, Cary, North Carolina, USA). De positieve salmonella cijfers tussen de groepen die BARF en commerciële voeding kregen, werden vergeleken met 1-zijdige exact testen van Fisher (6).
Resultaat
Alle monsters van de voeding en de ontlasting van het droogvoer waren negatief op Salmonella. Tachtig procent van de monsters van BARF was positief op Salmonella: S. Braenderup en Landing Animal Clinic, C155-1600, 90th Avenue SW, Calagary, Alberta T2V 5A8.
Correspondentie dient gericht te worden aan Dr. Daniel J. Joffe. Er worden geen kopieën verstrekt door de schrijvers. De studie werd gedeeltelijk gefinancierd door de Animal Welfare Foundation van Canada.
S. Schwarzengrund werd geïsoleerd uit 3 monsters en S. Hadar uit 2 monsters. Dertig procent van de ontlasting van de honden op BARF was positief op Salmonella: 2 monsters met S. Schwarzengrund en 1 op S. Braenderup.
Bij een BARF onderzoeksobject werd S. Braenderup aangetroffen in zowel de voeding als de ontlasting. Een andere hond, waar het niet aangetroffen werd in de voeding, scheidde S. Braenderup uit in zijn ontlasting.
Uit de resultaten van deze beperkte studie blijkt dat er bij BARFvoeding meer kans is op de aanwezigheid van salmonella (P = 0.001) dan bij commercieel droogvoer en dat er veel meer kans zou kunnen zijn dat BARFhonden Salmonella uitscheiden in hun ontlasting (P = 0.105) dan honden die commercieel droogvoer krijgen.