De duur van de spijsvertering

Vroeger schatte men aan de hand van de maaginhoud van een gedode wolf wat hij de dagen ervoor gegeten had. In 1962 bijvoorbeeld werden 33 wolven gedood in Rusland voor een onderzoek onder leiding van Makridin. De maag met de grootste inhoud woog 6 kilo.

Er zaten voornamelijk onverteerbare hoeven en haren in. Reden om aan te nemen dat de totale hoeveelheid die in een keer gegeten was, inclusief het bijbehorende vlees, meer dan 9 kilo moet zijn geweest. Helaas staat er niet bij vermeld hoeveel dagen daarvoor deze wolf zijn maag gevuld had.

Heel wat jaren geleden onderzochten Ellenberger en Scheunert hoe lang rauw vlees in de hondenmaag bleef. Ze ontdekten, dat na 2 tot 4 uur ongeveer een derde van het opgenomen vlees in de maag terug te vinden was.

Na 6 uur was het nog een kwart, na 9 uur een tiende en na 12 uur bleek praktisch al het vlees doorgeschoven te zijn naar de darmen. Hier vond de verdere vertering plaats. Die duurde ongeveer 12 uur zodat de spijsvertering in totaal 24 uur nodig had om het grootste gedeelte van het vlees te verwerken.

Roos en Koopmans toonden aan dat vlees sneller afgebroken wordt in de maag dan gemengde kost. Na 6-6.5 uur zagen ze al verteringsproducten van het vlees. Na 7-9 uur konden ze de aankomst van de omzettingsproducten van de gemengde kost aan het einde van de darm vaststellen. Na een dag was verreweg het grootste gedeelte van de onverteerbare voeding door het lichaam gepasseerd.

Toch vonden ze 4-7 dagen later nog omzettingsproducten van dit voedsel in de ontlasting.

Volgens W.F Donath duurt de lediging van de maag veel langer bij oudere dieren dan bij jongere dieren. Pups van 11 dagen die nog met moedermelk gevoed worden, maken hun maag al na ongeveer anderhalf uur leeg. Zijn ze 5 weken, dan duurt het ongeveer 10 uur.

Hij geeft ook aan, dat vleeseiwitten relatief sneller verteerd worden door honden van een klein ras dan honden van een groot ras. Ze verliezen meer energie omdat ze meer en sneller bewegen.

Een hond van 8-10 kilo verteert per uur ongeveer 20-30 gram vlees. Een hond van 20-30 kilo in dezelfde tijd ongeveer 50-60 gram. Beweging remt de spijsvertering, rust bevordert deze. Werkhonden kunnen beter eten na het werk dan ervoor.

Volgens Helmut Meyer en Jürgen Zentek is de snelheid waarmee eiwitten in het bloed opgenomen worden afhankelijk van de eiwitstructuur, de stoffen die er nog meer bijzitten en de voorbehandeling. ½-1 uur na het eten van een mengsel van aminozuren was de concentratie aminozuren in het bloed van de poortader het hoogst. Bij melk na 1 uur, bij vlees na 1-2 uur en bij maïs pas na 4-6 uur.

De tijd, dat voeding in het spijsverteringskanaal verblijft, kan ingeschat worden aan de hand van gemarkeerd voedsel. Volgens Meyer/Zentek komen de eerste onverteerbare bestanddelen na 12 uur naar buiten en de meeste na 24-30 uur. De spijsvertering is helemaal klaar na 40-60 uur.

Het hangt af van de voeding, de verteerbaarheid ervan en hoe vaak er gevoerd wordt. Al deze factoren zorgen voor veel variatie in dit ritme.

Ook invloeden van buitenaf spelen een rol. Meerdere voedingen per dag werken vertragend. Na het eten van alleen vlees dat goed verteerd en opgenomen wordt, duurt de passage aanmerkelijk langer. Lichamelijke inspanning (tot 2 uur) na de maaltijd werkt vertragend, terwijl beweging in een later stadium van de spijsvertering een versnellende uitwerking heeft.

Volgens Wendy Volhard duurt het bijna 9 uur voordat halfzacht voedsel uit de supermarkt zoals worstjes en hamburgers, de hondenmaag verlaten. Brokken doen er 16 uur over, maar dit heeft volgens haar niets te maken met de verteringstijd van de verschillende voedingsmiddelen: "Het lichaam moet enzymen zoeken in zijn weefsels om ze te kunnen verteren.

Terwijl overal verteringsenzymen "gestolen" worden uit organen als hart, lever, nieren, blijft het droogvoer gewoon in de maag zitten wachten op de juiste enzymen om afgebroken en doorgeschoven te worden."

Deze theorie van Volhard is inmiddels ontmaskerd – het is niet waar. Voor het bewijs verwijst ze naar een studie van tig jaren geleden in Zweden, maar die is nergens te vinden. Inmiddels is wel bewezen, dat er geen enzymen gestolen worden uit andere organen.

Volgens Meyer/Zentek vindt er in de maag geen afbraak plaats van koolhydraten. Ze worden pas verteerd in de dunne darm. Wel is het mogelijk, dat de koolhydraten enigszins afgebroken worden in de maag door enzymen die in de voeding zitten of ontstaan door bacteriën, die uit de dunne darm terugvloeien in de maag.

Bij bepaalde aandoeningen ondergaan koolhydraten een bacteriële gisting in de maag.

Ignit Bekken

Bronnen

Wendy Volhard

David L Mech: "The Wolf - The Ecology and Behavior of an Endangered Species"

Prof. Dr. W.F. Donath: Wat moet mijn hond eten?

Helmut Meyer/ Jürgen Zentek: Ernährung des Hundes

U kunt reageren op het forum.


Er wordt vaak beweerd dat er geen wetenschappelijk bewijs is om rauwe voeding voor honden te rechtvaardigen. Dit klopt niet. De bewijzen zijn er, maar er kan niet gerefereerd worden aan onderzoeken op dit gebied.

De bewijzen zijn te vinden in verschillende takken van de wetenschap, die geïsoleerd werken en hun kennis nooit samengevoegd hebben. Alles lag te wachten op iemand die de stukjes en beetjes bij elkaar zocht om ze op een logische manier bij elkaar te plaatsen.

Mogens Eliasen heeft de legpuzzel compleet gemaakt. Het bewijs dat rauwe, natuurlijke voeding de enige, verantwoorde voedselkeuze is voor honden, is nu in het Nederlands uitgebracht.

Het WAAROM wordt in begrijpelijke taal uitgelegd in De natuurlijke voeding van de wolf – een richtlijn voor de voeding van onze honden?, het laatste digitale boek van Mogens Eliasen. Als u dit eboek rechtstreeks via onze site bestelt, helpt u ons om de kosten van de website te dekken.

Originele titel: The Wolf’s Natural Diet – a Feeding Guide for Your Dog?



Water in de voeding van de hond

De samenstelling van eiwitten

De vertering van eiwitten

Gemalen vlees en een stuk vlees - wat verteert sneller